De student wordt gekoppeld aan een 5e of 6e leerjaar.
De student loopt één semester stage in eenzelfde stageschool en -klas.
Een stage omvat telkens een aantal dagen lintstage en een blokstage.
De student observeert en participeert van bij aanvang actief in de stageklas en realiseert verspreid doorheen de stageperiode eigen ontworpen lessen.
De student creëert een krachtige leeromgeving, d.w.z.
De student kan de verschillende componenten van het leerlinggerichte onderwijsmodel (LLGOM) hanteren om doelgerichte lessen te ontwerpen en realiseren in de 3e graad.
De student zet bewust in op de geleerde vakdidactieken van de 3e graad.
De student slaagt erin om alle betrokkenheidsverhogende factoren bewust als leidraad voor realisatie en evaluatie in te zetten bij de lessen.
De student toont oog voor de individuele noden en mogelijkheden van alle kinderen (differentiatie).