Door de maatschappelijke verschuiving naar gemeenschapsgerichte zorg komt de focus steeds meer te liggen op het informele netwerk van de zorgvrager. Of het nu gaat om de kinderen van een ouder met dementie, de partner van een verkeersslachtoffer of de broers en zussen van een man met psychische problemen: in veel gevallen zijn dit krachtige informele zorgverleners die als volwaardige partners voor zorgprofessionals kunnen optreden.
Tegelijkertijd hebben mantelzorgers hun eigen vragen en behoeften en is het van cruciaal belang dat zij ondersteuning krijgen. Dit handboek speelt in op deze trend door een theoretisch kader en praktische handvatten te bieden voor (toekomstige) professionals met diverse achtergronden.
De auteurs geven les in het hoger onderwijs en aan het einde van elk hoofdstuk zijn oefeningen opgenomen. Het boek is verrijkt met casestudies die zo zijn ontworpen dat verschillende beroepsprofielen (verpleegkundigen, maatschappelijk werkers, ergotherapeuten, onderwijspsychologen, etc.) hun professionele inbreng erin herkennen.